Het Platform Water Assets (PWA) streeft naar een optimale bedrijfsvoering van de technische installaties bij de Nederlandse Waterschappen. Als vertegenwoordiging van deze waterschappen nemen wij deel aan kennisnetwerken waarbij wij streven naar professionalisering van de onderhoudsopgave als middel om de organisatiedoelen te halen.
Wil je als assetmanager/manager onderhoud aansluiten bij het PWA of heb je vragen? Mail dan naar pwa@heel-nl.nu.
De focus van het PWA in de Assetmanagement processen levenscyclus is in onderstaande figuur weergegeven:
Omdat dit focusgebied niet losstaat van de overige assetmanagement-processen, hebben we ook sterke banden met de overige processen via themagroepen of overlegorganen.
Een van de kennisnetwerken waarin we participeren is HEEL, waarmee we de SE-werkwijze versterken, ook verbonden met de ontwikkelingen rondom BIM en Assetmanagement. En vooral hebben we het dan ook over een asset informatie life cycle-huishouding.
Nadat we als waterschappen al onze onderhoudsbeheerssystemen hebben ingericht, het preventief onderhoud vorm hebben gegeven op basis van risicogestuurd onderhoud en allemaal zijn gestart met assetmanagement (fase 2) zijn we als waterschappen toe aan de volgende stap in volwassenheid (richting fase 5).
Als we inzoomen op de AM-plaat hieronder zien we de Lifecycle Delivery cyclus-met daarin de fases Aquire (domein van Projecten) Operate (Bedienen en Beheren) Maintain (Onderhoud) en Dispose. Operate en maintain vinden tegelijk plaats en zijn qua tijdsduur van het grootste belang.
Als we dit plaatje leggen op de figuren voor volwassenheid en de plaat voor Systems Engineering zien we dat voor een optimale operationele fase van de asset de voorwaarden hiervoor in de projectfase worden bepaald (naast het optimaal inrichten van de onderhoudsprocessen).
In de huidige projecten wordt onderhoud impliciet meegenomen. De borging van een ontwerpkeuze die voor het onderhouden van toegevoegde waarde is, wordt via kennis en ervaring ingebracht of vastgelegd in technische standaarden.
Daarom is het van belang een kwalitatief goede eisenset vanuit het onderhoudsperspectief aan een project mee te kunnen geven. Een uitgangspunt daarbij is dat (onderdelen van) het benodigde onderhoud niet alleen door de bouwer/leverancier wordt bepaald, maar wordt opgelegd door het waterschap. SE gaat er ook vanuit dat wat we eisen ook geverifieerd/gevalideerd kan worden.
Om voor een project de juiste eisenset aan te kunnen leveren en om binnen het project de juiste keuzes te kunnen maken zijn 3 verschillende zaken nodig:
Een basisspecificatie is een gestructureerd overzicht van eisen aan een bepaald objecttype. Dit kun je zien als een bibliotheek van eisen of een eisenset voor een bepaald object. Het geeft daarmee een startpunt voor een object- of vraagspecificatie binnen het areaal van een opdrachtgever. De basisspecificaties bestaan dan uit systeemeisen, functionele eisen, aspecteisen etc. Een verbijzondering van deze eisen ten aanzien van de onderhoudstaak zijn:
Hierbij worden de eisen gesteld vanuit de totale levensduur van de installaties. Op basis van beschikbaarheid- en betrouwbaarheidseisen en eisen over de onderhoudbaarheid (geld en uren) van installaties kunnen ontwerpkeuzes worden gemaakt. Het zijn niet alleen technische eisen, zoals materiaalkeuzes en redundantie, maar ook proceseisen, zoals het uitvoeren van beschikbaarheidsanalyses tijdens het ontwerp en het leveren van een onderhoudsconcept. Hierbij zorgen we voor haalbare eisen die we kunnen verifiëren en valideren.
Technische standaarden zijn een vaste ontwerpoplossing, voortkomend uit functionele eisen gecombineerd met (interne)klanteisen.
Momenteel is de standaard werkwijze dat in de ILS is opgenomen dat een asset moet worden voorzien van een Onderhouds- en bedieningsplan volgens de NEN5509. Dit houdt echter in dat pas na afloop van het project bekend is wat het onderhoud zou moeten zijn. We willen voorkomen dat er installaties worden geleverd waar we vanuit de leverancier worden gedwongen tot overmatig onderhoud. Daarom worden voor bepaalde assets standaard onderhoudsconcepten voorgeschreven. Hhet ontwerp dient dan te voldoen aan de gestelde specificaties bij het aangeven onderhoud. Standaard onderhoudsconcepten kunnen een onderdeel zijn van de maintenance by design-eisenset.
Als dezelfde eisenset altijd leidt tot dezelfde ontwerpoplossing is het niet heel zinvol de ontwikkeling van de oplossing aan de markt te vragen. In die gevallen geven we de ontwerpoplossingen in de vorm van modules aan de markt mee. Dit wordt bijvoorbeeld verder uitgewerkt binnen de Verdygo Community.
Om alle assets van de waterschappen te kunnen duiden is er een woordenboek nodig. Hiervoor gebruiken we de Aquo-standaard. Deze standaard word nog verder ontwikkeld richting een Object Type Library (OTL), die generiek kan worden toegepast en door ieder waterschap kan worden aangevuld met zijn specifieke OTL. De toepassing van AI kan in deze omgeving zeer zinvol zijn.
Naast naamgeving en duiding is het ook noodzakelijk afspraken te maken over de codering die binnen de installaties wordt toegepast. Hiervoor is de P&ID tool ontwikkeld. Deze zorgt ervoor dat assets uniform gecodeerd worden.
Al deze eisensets hebben weinig waarde als we deze niet kunnen valideren en niet leren en verbeteren. Daarvoor zijn drie meetinstrumenten in ontwikkeling die de data moeten gaan leveren om aan de eisen set mee te geven.
Deze infographic geeft een overzicht van O-info.
Voor iedere asset is het van belang om vast te stellen of deze nog doet waarvoor hij is ontworpen. Zowel qua beschikbaarheid en betrouwbaarheid maar het gaat er ook om dat de asset procesmatig nog voldoet aan de ontwerpcriteria. Zodat bijvoorbeeld een pomp zijn ontwerpcapaciteit of rendement nog haalt. Goed APM vraagt iets van het ontwerp (de performance moet te meten zijn) en daarmee systeemeisen en kan ook een onderdeel zijn van de verificatie of validatie van een ontwerp. Daarnaast geeft een beeld van je beste performers een norm voor de te stellen eisen aan een nieuw project. Zie infographic.
De conditie van assets kan voor een groot deel worden bepaald aan de hand van data. Ook NEN2767 inspecties leveren een deel van deze data. Ook het benodigde correctieve onderhoud, de mate van preventief onderhoud en het aantal alarmen dat optreedt geven een indicatie van de conditie van de asset. Dit kan binnen Assetmanagement worden gebruikt voor de programmering van renovatie, revisie of vervanging.
In welke onderwerpen participeert het PWA op welke manier.
